Terwijl de successen van haven en industrie de aandacht opeisen en aan de karigheid die de naoorlogse jaren kenmerkte eindelijk een eind komt, zoekt de jongere generatie naar nieuwe waarden. Natuur, vrijheid, een eigen plek in een steeds meer geïndustrialiseerde wereld. Terwijl hun ouders zonder al te veel sentiment afscheid nemen van oude binnensteden en de nieuwe welvaart omarmen, bezetten zij een stuk bos bij Hoek van Holland om te voorkomen dat ook hier die eeuwige haven de toekomst zal bepalen.
Had je een Beatles kapsel zo rond 1964, 1965 dan was je hip en voor veel ouderen was je dan al ‘langharig’. Er was een jongerencentrum in Maassluis geheten Sursum Corda waar wel eens een ‘instuif ‘ werd georganiseerd. De aangesloten jeugd kon daar dan onder toezicht een dansje maken. In 1965 werd het jongerencentrum De Toverbal te Maassluis opgericht dat onder die naam een tiental jaren bestaan heeft. De naam is later veranderd in ‘Coco en de vliegende knorrepot ‘ en weer later in Notre Dame.
In de jaren zestig van de vorige eeuw schoten ook in Maassluis de bandjes als paddenstoelen uit de grond, geïnspireerd door de muziek van aanvankelijk Amerikaanse artiesten, maar later vooral Britse bands. Met de datering in De Terugkeer wordt zo nu en dan een loopje genomen. Wie kritisch naar het tijdpad kijkt ziet dat de muziek die Marten eigenlijk zou spelen meer op Beatles of Kinks geïnspireerd zou zijn dan de glitterrock van Lemming. Het laatste huis van Blankenburg werd gesloopt in 1965. Pas 7 jaar later werd de uit Rockanje afkomstige glitterrockgroep Lemming opgericht die enige tijd landelijke bekendheid zou genieten.
Het moet verschrikkelijk geweest zijn daar in Maassluis’ gemeenteraad. De Socialistische Jeugd van deze Vlaardingse voorstad kwam juist een week na zijn oprichting midden in de raadsvergadering pamfletten uitdelen. Over het feit dat er voor de ongeorganiseerde jeugd in Maaslsuis nooit iets gedaan werd.
Het was zo verschrikkelijk dat burgemeester Van Dijck een halve minuut sprakeloos bleef (getimed door een SJ-lid en aangemerkt ‘als nooit in de Maassluisse geschiedenis voorgekomen’). Raadsleden zaten met open mond te kijken. Gelukkig beheerste de burgemeester snel de situatie. Hij riep: ‘Politie, waarschuw de politie’. De in de zaal aanwezige inspecteur De Jongh maakte minder lawaai en werkte effectiever dan zijn chef. Hij ging naar de SJ-ers toe, die inmiddels weer op hun publieke plaatsten zaten en verzocht hen wegens ‘ordeverstoring en op verzoek van de burgemeester’ de zaal te verlaten. Er waren 10 SJ-ers. Vijf stonden op en gingen. Onder hen was analist Cees Willemsen (24 jaar); ‘Die andere vijf waren zoek. Ze zaten op een andere bank en in het heetst van de strijd waren de vroede vaderen hen helemaal vergeten.'
Burgervader W.J.D. van Dijck kende zijn plaats. Nadat zijn pogingen om te beletten dat het pamflet werd uitgereikt waren mislukt, verklaarde hij zich beledigd en sloot derhalve de openbare vergadering. Na de ordelijke aftocht van de vijf kwamen de tongen los. De liberale mevrouw P.M.A. van Eck-Grootveld vond het optreden ‘ongepast’, daar men op andere manieren het gemeentebestuur kan benaderen. De heer J. Slagboom (PvdA) sprak namens zijn fractie toen hij zei dat hij de zin ‘Wij maken zelf wel uit met wie wij dansen’ aanleiding vond om op te merken dat de overheid een woordje meespreekt.' De enige die met wat genuanceerde kritiek kwam was drs. R.G. Deibel (KVP). ‘Het geschrift is misschien de aandacht waard’, zei hij ook nog, evenals de heer N. van Dijk (PSP) ‘De burgemeester wenste dit niet te lezen.’
Wat ligt er ten grondslag aan de actie? Cees Willemsen legde het uit. ‘Het gemeentebestuur heeft een verkeerd beeld van de bevolking. Men kijkt naar de godsdiensten van iedereen, maar ze vergeten de grote groep buitenkerkelijken. Ik denk dat er zo’n 2000 van die jongeren in Maassluis zijn en voor hen komen wij op'.
Bij Moerdijk herhaalt de geschiedenis zich. Net als Blankenburg zal ook hier een dorp worden opgeofferd aan de industrie. Shell Moerdijk wil daar in 1972 zijn raffinaderij openen. De Brabantse Staten zijn van mening dat de industriële vestiging broodnodig is. De boerenarbeiders zien de verandering van hun werkomgeving met gemengde gevoelens aan. Met de sprong naar Moerdijk als bruggenhoofd wordt de Hoekse Waard ingeklemd tussen twee Rotterdamse industriegebieden. In 1968 lijkt het lot van de polder bezegeld. Vijf jaar later is het de oliecrisis die de vaart uit de havenontwikkeling zal halen. Tot op de dag van vandaag is de Hoekse Waard relatief landelijk gebleven.
De schrik zit er goed in bij de bewoners van Hoogvliet na de ontploffing bij de Shellraffinaderij. Kinderen durven niet meer te gaan slapen, een deel van de volwassenen wil zo snel mogelijk verhuizen. Burgemeester Thomassen probeert ze zoveel mogelijk gerust te stellen. Zo'n ontploffing komt maar zelden voor. De timing van de -bijna- ramp is curieus. In dezelfde maand lekt het Plan 2000+ uit, waarin het havenbedrijf aandringt op een nog verder gaande industrialisatie tot diep in de Hoekse Waard.
Vertellers in volgorde van opkomst: Joop Reurink, Joost Bestenbroer, Arie Lievaert, Jaap Varekamp, Ger Boer
Een crucifix, een doodskist, kaarsen en een naakte danseres. Terwijl de kerken nog vol zitten met bedaarde gelovigen, is het optreden van Lemming voor een nieuwe generatie.
Vrijdag 14 maart zal de groep Lemming, een van Nederlands meest sensationele formaties, een concert met show verzorgen in het Maaslandcentrum in Esloo. Genoemde groep, die zijn bekendheid vooral te danken heeft aan zijn single ‘Lucifera’ bouwde reeds een zekere faam op. Enerzijds vanwege zijn muziek en anderzijds vanwege zijn spectaculaire en huiveringwekkende show.
In deze aan het vampierwezen ontleende show spelen vooral doodskisten, kruisen, bezems en kettingen een grote rol. De hoofdpersoon vormt de exotische danseres Lucifera, waarnaar de groep ook haar eerste single heeft genoemd. Lemming is dol op magie, zwarte kunst en hekserij, hetgeen duidelijk tot uitdrukking komt in de muziek van de groep die het best kan worden geplaatst onder de hard-rock. De show die om 20.00 uur begint, duurt drie maal 45 minuten. Kaarten zijn tegen f 3,- te in de voorverkoop verkrijgbaar bij Disco de Man in Stein, Offermans in Beek, Café Vranken in Esloo en uiteraard in het jongerencentrum Utopia.
'Lemming' is een uit Rockanje afkomstige glitterrockband, die halverwege de jaren zeventig opzien baart met theatrale shows met monsters, stripteasedanseressen, rook en explosieven. Lemming ontstaat uit de resten van de groep Life Color. Naast Wally McKey (echte naam Wally Slot), Tinny Durrell en de uit Den Haag afkomstige Tony Gloudie bestaat de eerste bezetting uit Hans Vos en Harry Bruintjes. De groep debuteert op Polydor met de single Lucifera, een mysterieus nummer dat meteen de theatrale, occulte kant van de band etaleert. Dankzij de opvallende optredens, waarbij talloze attributen - waaronder rookbommen, explosieven en doodskisten - worden ingezet, groeit Lemming uit tot een populaire live-act. De single 'Father John' uit 1974 haalde nummer 15 in de nationale Top 40. Vanaf 1978 brengt Lemming met grote tussenpozen singles uit, die echter weinig belangstelling weten los te maken. De spectaculaire optredens blijven nog wel tot in de vroege jaren tachtig publiek trekken.
Vertellers (in volgorde van opkomst): Wim van Oudheusden, Ger Boer, Joost Bestenbroer, Jaap Varekamp en Joop Reurink
De haven heeft gewonnen. Café de Watergeus bestaat niet langer. Het centrum van de protesten tegen de onteigeningen en gedwongen verhuizingen is platgegooid, net als de rest van het dorp. De dorpelingen leiden een anoniem bestaan in nieuwe huizen. Afgezet tegen de miljoenenbelangen van de industrie doen ze er ook niet toe. Rotterdam beschouwt de zaak als afgedaan. Veel bewoners wachten nog steeds op de toegezegde uitkering of compensatie. De wereld waarin we komen te leven zal, hoe welvarend ook, troostelozer en kaler zijn dan de vlakte waarop eens het dorp lag.
De container komt er aan. In 1967 gaat het om circa 5% van alle transport, maar de perspectieven zijn ongekend. Kortere ligtijden voor de schepen, vrijwel geen kans op vermissing of beschadiging (in het stukgoed wilde er nog wel eens een kist drank van een kar of uit een hijs vallen) en een enorme kostenbesparing in de afhandeling. Veel havenarbeiders zien hun baan op de tocht staan. Frans Swarttouw wordt de drijvende kracht achter Europe Container Terminus (ECT). Het halverwege de jaren zestig gereedgekomen Eemhavengebied, dat veel te groot is voor de overslag van kisten, vaten en balen, wordt de eerste vestigingsplaats en op 4 mei 1966 komt de ‘MS Fairland’ de haven van Rotterdam binnen, geladen met 226 containers.
Het inzetten op één stuwadoor voor alle containeroverslag in de Rotterdamse haven blijkt een goede zet van Frans Posthuma, want binnen een paar jaar groeit de overslag van ECT spectaculair: Desondanks heeft op dat moment nog vrijwel niemand in de gaten, wat de reikwijdte van het nieuwe transportmiddel zal zijn.
Het -door de vele publicaties- gefundeerde ongenoegen van de burger over de gang van zaken en het gebrek aan invloed op de verandering in hun leefomgeving leidt ook tot de oprichting van het Centraal Aksiekomitee Rijnmond. Een beweging die dwars door politieke partijen heen gaat. Ironisch genoeg is de journalistiek die een sleutelrol speelde in het objectief informeren van de Rijnmondbewoners door de huidige machthebbers met succes tot volksvijand nummer 1 gebombardeerd.